maandag 29 september 2014

Abel Tasman National Park

Met 225 vierkante kilometer is dit het kleinste van Nieuw Zeelands 14 nationale parken. Het werd genoemd naar Abel Tasman, de eerste Europeaan die ooit NZ zag.

Er zijn in Nieuw Zeeland 9 Great Walks, meerdaagse wandelingen, die net iets beter bekend of mooier of populairder zijn dan de “gewone” meerdaagse wandelingen. De Abel Tasman Coastal Walk is de meest populaire van al deze Great Walks. Het volledige traject is 51 km lang, en duurt 3 tot 5 dagen. Onderweg slaap je ofwel in je eigen tent, of in hutten van de DOC (Department of Conservation, de dienst die verantwoordelijk is voor alle parken, wandelingen, hutten, enz. in NZ). Wij hebben speciaal een tent gekocht, omdat dat ons meer vrijheid gaf om zelf ons traject te bepalen.

In de zomer is het een zottekot, en zijn alle hutten volgeboekt, maar gezien het hier nu winter is, hebben we amper mensen gezien, en hadden we elke kampeerplaats voor onszelf.

Er zijn verschillende mogelijkheden, je kan in beide richtingen wandelen. 

Je kan starten in Marahau, tot Totoranui wandelen, en dan met de watertaxi terugkeren.  Je kan starten in Wainui (het eindpunt), en tot Marahau wandelen (het beginpunt), om dan met de bus terug naar je auto te keren.
Wij wilden zoveel mogelijk van het traject afleggen, maar ik wilde ook graag met de watertaxi meevaren, dus besloten we de watertaxi te nemen tot Totoranui en vandaar naar Whariwarangi te wandelen. Vandaar zijn we dan naar Marahau gewandeld. Achteraf zijn we dan met auto naar Wainui gereden, zodat we de volledige wandeling hebben gezien (en het grotendeel ervan hebben bewandeld).


Dag 1: vers gewassen en vol goesting stapten we op de boot richting Totoranui. De bootrit zelf is fantastisch, omdat je ziet langs welke prachtige stranden en bossen je de komende 4 dagen zal wandelen. En ongelooflijk maar waar, we hebben een penguin gezien! Je kan het niet zo goed zien op de foto, maar het beestje zwom op een paar meter van de boot. Ik was al maanden vol hoop op zoek en aan het uitkijken voor penguins, dus voor mij kon de hele tocht al niet meer kapot.


Na enkele mensen te hebben afgezet op verschillende plaatsen, zijn we met de watertaxi binnengevaren in Shag Cove (de shag is een maritieme vogel), op zoek naar spelende zeehondenpups. Al na een paar meter werden we achtervolgd door springende zeehondjes, die nieuwsgierig rond de boot zwommen. Mijn dag werd beter en beter.




Na een uurtje kwamen we aan in Totoranui Bay, de enige van alle baaien die je kan bereiken met de auto. In de Kerstperiode is het blijkbaar een zottekot, met een volle camping van 1000 man. Nu was er geen ziel te vinden. Met onze volle rugzak (elk ongeveer 11 kilo) vertrokken we richting Whariwarangi. Onderweg hebben we onze tent en rugzak achtergelaten in Mutton Cove, onze privécamping voor de eerste nacht. Daarna zijn we dus nog wat verder gewandeld naar Separation Point (waar een zeehondenkolonie te vinden is) en Whariwarangi, de voorlaatste baai. 





Onze privé-baai voor de nacht.




Eenmaal terug op ons privéstrand maakten we een kampvuur om ons op te warmen (het was ’s nachts een beetje koud) en iets warm te eten (pittabroodjes met kaas en noten, smaakt beter dan het klinkt). Blijkbaar was het strand waar wij sliepen populair bij de zeehondenpups, want, je gelooft het nooit, ze kwamen met een stuk of 5 voorbij ons strand zwemmen. Ik heb geen foto’s kunnen trekken, want we waren een het meelopen met de beestjes die op 1 meter van ons in het water aan het stunten waren. Echt surreël!

Ons grote kampvuur trok jammergenoeg ook oppossums aan (die echt benauwelijke geluiden maken; hun geluid werd zelf gebruikt in Lord of the Rings voor de Orcs), en we besloten dus om 19u30 (het was al pikkedonker) voor de veiligheid van onze tent te kiezen. 



Dag 2: wakker geworden met de zonsopgang en de spelende zeehonden pups. We waren nog niet wakker genoeg om met ze mee te lopen, maar al wandelend konden we ze wel een tijdje bijhouden. We hebben eerst wat op ons privéstrand rondgewandeld, om wakker te worden en het wat warmer te krijgen. We moesten terug naar Totoranui wandelen, en dan tot Awaroa Bay, een estuary  (waar de oceaan en de rivier samenkomen) die je enkel kan oversteken 1,5 uur voor en 2 uur na laagtij. Zelf dan worden je voeten nog nat (en ijskoud), maar je geraakt tenminste aan de overkant. Vooraleer je aan Awaroa komt, loop je over verschillende stranden, en in verscheidene bossen. Bergop, bergaf, links, rechts  ,en af en toe ook gewoon rechtdoor.


Totoranui.


Af en toe ook een beetje klimwerk.



Awaroa Bay (estuary).


Het was fris aan de voetjes.




Tegen dat we aan de overkant waren (het is een vrij brede plaats om over te steken), was het al wat later in de middag en we moesten nog een uur of 2 wandelen tot aan onze volgende kampeerplaats, Onetahuti. Die bleek dan nog eens verder te zijn dan gedacht (borden die elkaar tegespraken), maar we zijn er nog voor het donker geraakt. Alweer hadden we een volledig strand voor onszelf en waren we precies alleen op de wereld (samen met een hondertal oppossums waarschijnlijk). Op deze kampeerplaats mochten we jammergenoeg geen kampvuur maken, maar onze koude maaltijd smaakte ons ook zeer goed. 




Dag 3: alweer wakker geworden om direct te kunnen genieten van een prachtige zonsopgang en ons strand. Deze keer jammergenoeg geen zeehonden, maar ik denk dat we er nu wel genoeg hebben gezien voor een tijdje! Ook hier hebben we eerst een beetje rustig op het strand rondgetreuzeld, vooraleer met pak en zak verder te zetten. 







We hebben weer langs onbeschrijfelijk mooie stranden gewandeld, langs water dat precies niet echt is, zo blauw is het, in bossen vol mooie vogels, planten en bomen en deze keer ook over hangbruggen. Ik ben een grote fan van alles dat met water te maken heeft, maar hangbruggen zijn om onbekende redenen één van mijn favoriete dingen in de hele wereld. Ik word superenthousiast zodra ik er één zie en ik loop er met veel plezier meerdere keren over. Extra veel plezier dus op dag 3, met een stuk of 3 mooie exemplaren!


Met mijn professionele hike-outfit.





We hadden totnogtoe niet zoveel mensen gezien, maar hier moesten we weer een estuary oversteken, deze keer voorbij Torrent Bay Village, een klein dorpje met een 30tal huizen. Er leidt geen enkele weg tot hier, dus ik veronderstel dat alle inwoners hun eigen boot hebben. Hier hebben we dus een paar bewoners gezien, en eenmaal aangekomen in Anchorage Bay (dicht bij onze kampeerplaats), werd er juist een hele groep toeristen opgepikt van een dagtrip. 


Torrent Bay estuary.


Onze laatste kampeerplaats (Te Pukatea) was ook onze kleinste, maar daarom zeker niet minder mooi, en natuurlijk hadden we weer een volledig strand voor onszelf. Het weer begon een beetje om te slaan en het was redelijk winderig, dus besloten we weer vroeg in de tent te kruipen, in de hoop die zo wat warmer te krijgen. 


Dag 4: de laatste dag! Op onze laatste dag hadden we nog 12 kilometer voor de boeg, en het weer was compleet anders dan de afgelopen 3 dagen. Het had ’s nachts wat geregend, en toen we juist vertrokken begon het weer wat harder te regenen. Gelukkig waren we voorzien op natter weer, dus de moed zakte ons zeker niet in de schoenen! Het zorgde ook voor compleet andere panorama’s dan de voorbije dagen, maar daarom zeker niet minder mooi.


Anchorage Bay.


Met mijn professionele regen-outfit.



Er zijn in Nieuw Zeeland heel wat vogels te bewonderen, en 1 daarvan is ’s werelds enige alpine papegaai, de Kea. Die komt enkel voor op het Zuideiland (en is nergens anders ter wereld te vinden), er zijn er maar 5000  en we hebben het geluk gehad er 2 van dichtbij te zien! Blijkbaar schooien ze graag eten van toeristen, dus bleven ze ons een tijdje achtervolgen. Ze zijn een 30tal cm groot en mooi groen (ze zijn rood en blauw onder de veren als ze vliegen, foto’s daarvan volgen nog). 



Dit deel is eigenlijk het begin van de Abel Tasman Coast Track voor de meeste mensen, en veel mensen die gewoon enkele uurtjes in het park willen wandelen, doen dit gedeelte. Ondanks het weer (dat later opklaarde) hebben we hier op 4 uur tijd meer mensen gezien dan tijdens de hele trip.


Fantastisch mooi park, supercoole wandeling, een overvloed aan fauna, het was één van de beste ervaringen tot nu toe in Nieuw Zeeland!


donderdag 25 september 2014

Blenheim

Beste mensen!

We zijn ondertussen al meer dan 2 weken weg uit Blenheim, en hebben alweer nieuwe dingen ontdekt, maar vooraleer ik jullie daar meer over vertel, eerst nog wat het stadje dat we 3 maanden lang onze thuis was.

Blenheim is het hart van de wijnstreek (Marlborough), en gezien we 3 maanden op wijngaarden hebben gewerkt, heb ik wat foto’s van sommige van de uitzichten.




Het was soms zeer koud 's ochtends, dus we moesten ons goed induffelen.








Het is hier blijkbaar de gewoonte om schapen op je wijngaard te zetten. Bijzonder entertainend als ze allemaal beginnen weg te lopen en superschattig als ze lammetjes hebben.



Gekleurde bloomkolen. Had ik nog nooit gezien.


Toen we nog aan het werk waren, hebben we niet zoveel van de streek gezien, maar de laatste 2 weken in Blenheim was er niet veel werk, dus hebben we serieus de toerist uitgehangen.

“Downtown” Blenheim is bijzonder verzorgd, met enkele klerenwinkels en restaurants, en een net park. Er stromen 2 rivieren door Blenheim, de grote Wairau River en de kleinere Taylor River, met een mooi pad dat verschillende wandelopties biedt. 





De Wairau Lagoons zijn een gebied van 2300 hectare van zoutmoeras en riviermonding, waar meer dan 80 vogelsoorten gespot zijn. Voor de Europeanen naar Nieuw Zeeland kwamen, waren de Lagoons een belangrijke bron van eten voor de Maori (ze jaagden er onder andere op Moa), en vandaag wordt er nog altijd op watervogels gejaagd.



De bedoeling was om de SS Waverly (die naar hier werd gesleept van Wellington) te doen zinken en als golfbreker te gebruiken. Maar een overstroming bracht de Waverly verder in de rivier, en ze ligt daar nu al sinds 1928. 



Op aanvraag van William.


Picton, waar ik het een paar weken geleden over had, is makkelijk te bereiken via de autosnelweg. Die gewone weg is ongeveer 25 km lang en ligt in het binnenland. Er is een alternatieve route die geen asfalt heeft, ongeveer 60 km lang is, en via de kust langs allerlei baaien naar Picton leidt. We zijn niet helemaal tot in Picton geraakt (we wilden niet in het donker op dit kleine weggetje rijden), maar we hebben wel meerdere baaien van dichtbij kunnen bewonderen.




White's Bay.




Als je goed kijkt, kan je mij zien.


Het uitzicht van langs de kant van de weg.




Robin Hood Bay.



Ocean Bay.


We hebben een tent gekocht, en die moesten we natuurlijk eens opzetten om te zien hoe vlot dat ging (vrij vlot).

Het Wither Hills Farm Park is 1100 hectare groot, en is voornamelijk privé-land, maar zoals veel plaatsen in Nieuw-Zeeland is er toegang voor het publiek. Blenheim is vrij plat, en bovenop deze heuvels krijg je een goed zicht over het stadje, de kust, de wijngaarden en op heldere dagen over de verdere heuvels. 



De Wairau Lagoons.


Steile heuvels voor de arme schaapjes.



De koeien lieten ons passeren.


Blenheim.



We zijn momenteel voor iemands huis aan het zorgen, eventjes buiten Christchurch, en we hebben de komende 2 weken internet, dus ik zal regelmatig wat meer reisverhalen posten!

Volgende keer zal ik het hebben over het Abel Tasman National Park, waar we 4 dagen lang met onze tent hebben rondgetrokken.