maandag 29 oktober 2012


Hello again beste vrienden!

We zijn eindelijk terug in Montréal, dus vertel ik jullie nog wat over de rest van onze trip!
Vanuit Toronto zijn we dus direct vertrokken naar Ottawa, de hoofdstad van dit mooie land. De busrit daar naar toe was veel leuker dan die van Montréal naar Toronto, omdat we niet langs de autosnelweg zijn gereden, maar via een weg in het bos, waarbij we een paar kleine dorpjes zijn gepasseerd.
Eenmaal aangekomen zag Ottawa er iets kleiner uit dan verwacht (we kwamen natuurlijk juist uit de grootste stad van Canada), maar wel heel gezellig. Dan te voet op zoek gegaan naar de hostel, die niet moeilijk te vinden was, gezien Ottawa echt niet zo groot is (iets meer dan 800.000 inwoners).
De hostel was de coolste waar ik ooit ben geweest. Het noemt de HI Ottawa Jail en het is effectief een oude gevangenis, die helemaal gerenoveerd is. Maar je slaapt en doucht dus echt in oude gevangeniscellen. 





Gezien we pas tegen 16u zijn aangekomen in de hostel, konden we niet meer veel bezoeken en hebben dus gewoon een beetje rondgelopen in de buurt van de mooie gebouwen en langs het water. ’s Avonds zijn we dan iets gaan eten in een 50’s style diner (zoals in de films!) en zijn we op het gemak iets gaan drinken (op het gemak inderdaad, want Ottawa is not the place to be om te feesten).



De volgende dag zijn we vroeg opgestaan omdat 3 musea wilden bezoeken die op maandag gesloten waren. Om 8u30 waren we al op pad om op tijd aan het eerste museum te staan. Dat was het War Museum, met exposities over de War of 1812 (tot dan toe nog nooit van gehoord), de 1ste en 2de wereldoorlog, de koude oorlog…  Zeer vreemd trouwens om over de Wereldoorlogen te lezen vanuit het Canadese perspectief. (foto museum)


Het volgende museum was het Museum of Nature, met dinosaurussen, opgezette dieren (grizzlyberen, wolven, bizons…), een volledig skelet van een walvis, maar waar het jammergenoeg superdruk was, waardoor we niet heel erg lang zijn gebleven.


Laatste museum van de dag was de National Gallery of Canada dat een bijzonder mooi gebouw is, zowel buiten als binnen. 




Vervolgens zijn we terug gegaan naar de hostel, want we waren een beetje moe van al het rondlopen en te weinig slapen! Terug bij de Zak’s gaan eten ’s avonds (op veel plaatsen kan je trouwens de hele dag ontbijten, supercool is dat) en daarna terug naar de hostel om een filmpje te kijken. Ottawa is een mooie stad en op cultureel vlak valt er veel te zien, maar buiten musea bezoeken, kan je er niet zo heel veel doen.


De volgende dag zijn we weer vol nieuwe energie verder op avontuur (uhum) gegaan in de saaiste hoofdstad ter wereld. Het parlementsgebouw schijnt magnifiek te zijn vanbinnen, maar jammergenoeg kunnen we dat niet bevestigen, noch ontkennen, gezien we niet binnen mochten omdat er een buitenlandse delegatie op bezoek was. (foto vanbuiten)


Vervolgens zijn we verder gewandeld naar het Museum of Civilisation dat aan de andere kant van de rivier ligt, in de provincie Québec dus ipv Ontario (wel nog steeds in Ottawa). Vanaf die kant heb je een prachtig zicht op Parliament Hill, de rivier en de kleurrijke bomen.


Dat museum was het leukste en interessantste van allemaal. Er is een heel dorp binnenin om de historie van Canada uit te leggen, er staan gigantische totempalen, er is een expositie over de Maya’s, één (iets minder interessante) expositie over de Canadese post… Het gebouw zelf is vanbinnen ook weer schitterend. (foto’s)



Laatste stop van de dag was het Canadese hooggerechtshof waar we een rondleiding hebben gekregen met een paar mensen, waaronder 2 Hollanders (ongeloofelijk hoeveel Hollanders en Duitsers we hier al zijn tegengekomen). Daarna huiswaarts gekeerd, waar we de onze kleren hebben gewassen en onze valies hebben gemaakt voor de volgende dag!



Weer vroeg opgestaan om te vertrekkan naar Québec City! Daar binnenrijden is magnifiek, langs de superbrede St Lawrence rivier. De stad ziet er enorm Europees (halleluja) uit, wat een zeer leuke verandering is, na al die (ze horen het hier niet graag, maar toch is het zo) Amerikaanse steden. Ingecheckt in de hostel en daarna langs de muren van de enige ommuurde stad in heel Noord-Amerika gelopen. ’s Avonds is dat nog mooier dan overdag, met al die lichtjes en strategisch verlichte gebouwen en de rivier.




De volgende dag weer vroeg opgestaan om weer zoveel mogelijk te zien, te beginnen bij de Marché Vieux Port, een gezellig overdekt marktje, waar we in 5 minuten door waren gewandeld. Daarna zijn we verdergegaan naar Chateau de Frontenac, een mooi hotel, dat het meest gefotografeerde ter wereld schijnt te zijn. De volgende halte was l’Observatoire du Capital, dat 221 meter hoog is en waar je weer prachtige uitzichten hebt over Québec en omstreken. 



Daarna hebben we een beetje rondgelopen in Vieux Québec, in een paar winkeltjes binnen geweest, de kathedraal gaan bezoeken (kleinste kathedraal die ik ooit heb gezien, maar wel mooi). Daarna hebben we een rondleiding gekregen in het parlementsgebouw van de provincie Québec, wat verrassend interessant en verstaanbaar bleek te zijn (het Frans van hier klinkt verschrikkelijk en is heel vaak onverstaanbaar). Vb: midi trente wordt hier uitgesproken als ‘miets trant’, poutine wordt ‘poetsien’. Verschrikkelijk.



Daarna vergingen we van de honger en hebben we besloten eindelijk eens de lokale specialiteit te proberen, de befaamde poutine. Dat zijn frietjes met stukjes kaas en een stoverij-achtige saus (bijlange niet zo lekker als stoverij natuurlijk). De smaak is beter dan het uitzicht, maar het is toch niet één van mijn favoriete gerechten en zal dat ook nooit worden!


’s Avonds zijn we gaan kijken naar de beste band ter wereld (sorry Florence), the XX. We hadden ze gezien op Sziget (festival in Hongarije), maar in een kleine zaal (900 man) waren ze nog adembenemder.


De laatste volle dag in Québec dachten we alles gezien te hebben en daarom hebben we beslist eens naar de overkant van de rivier te gaan, naar Lévis, waar we volgens mijn boek konden rollerbladen of fietsen, wat jammergenoeg niet het geval was, gezien het toerismekantoor gesloten was. We hebben daar wel eventjes rondgelopen en iets gegeten, maar we waren er ook weer snel door. ’s Middags dan maar een beetje rondgewandeld buiten het centrum van Québec, in soort park en dan een beetje koffie gaan drinken in één van de vele koffiehuizen die Canada rijk is.


De volgende dag ’s ochtends de bus genomen omdat we nog op zoek moesten naar een Halloweenkostuum (zoals eerder vermeld, a very big deal hier), maar dat is voor een volgende post! Merci voor het lezen en tot binnenkort!

zondag 21 oktober 2012


Hallo beste lezers!
Eerst iets kleins over Montréal en dan over naar Toronto!
We zijn weer eens gaan ontbijten (om 14u) met Chris en Valerie en daarna hebben ze ons meegenomen naar de botanische tuinen van Montréal, naast het Olympisch stadium. Dat was superleuk, het voelt alsof je in een bos of zo aan het wandelen bent, terwijl je eigenlijk gewoon midden in Montréal zit. Bij ons ticket (je moet betalen om binnen te gaan, maar dat is het zeker waard) zat ook de toegang voor het insectarium, dat wel leuk is om te zien, maar toch een beetje de kriebels geeft! 

Maar dus, dinsdag zijn we naar Toronto vertrokken, veel te vroeg ’s ochtends, met Megabus, een beetje de Ryanair onder de busmaatschappijen. Ongeveer 6 uur en route geweest, en enkele mooie uitzichten gepasseerd, die jammergenoeg onmogelijk te fotograferen zijn vanuit een rijdende bus, dus geloof me maar op mijn woord. Eenmaal toegekomen, direct op weg gegaan naar onze hostel, die blijkbaar midden in Chinatown ligt, maar dus ook redelijk centraal in Toronto. We dachten dat onze hotelkamer in Montréal de kleinste was, maar we waren mis! 
De valiezen gedropt en daarna direct de stad gaan verkennen. Eerst het Rogers Centre van de baseball-ploeg gaan bezichtigen, van buitenaf, en daarna naar de CN Tower, die met 553 meter de op één na hoogste toren ter wereld is. Het zicht vanuit die toren is fenomenaal. Echt onbeschrijfelijk hoe machtig het voelt. Aan de ene kant heb je zicht over Ontario Lake, de kleinste van de 5 meren, maar toch 311 km lang en 85 km breed.

Aan de andere kant heb je zicht over Toronto en alles daarachter. Een echte aanrader voor al wie naar Toronto gaat.


De volgende dag zijn we naar de Niagara Falls gegaan en dat was één van de coolste dingen die ik ooit gedaan heb. We zijn te voet van het busstation tot aan de watervallen gelopen (langs de St Lawrence rivier, ook supermooi), dus we zagen het al een beetje in de verte en het is echt indrukwekkend.



Zoveel water dat naar beneden valt, niet normaal. Hoe dichter je komt, hoe indrukwekkender het wordt. We hebben de boottocht met de Maid of the Mist gedaan en pas als je daar beneden aan de Horseshoe Falls (de Canadese kant) staat met je kw, helemaal kletsnat, besef wat een massa water naar beneden valt. Echt ongeloofelijk indrukwekkend. Daarna hebben we wat rondgelopen in de buurt en dat doet een beetje denken aan Disney Land. Allemaal attracties, een Guinness World Record museum, een reuzenrad… Dan met de bus terug naar Toronto, dat fantastisch is om ’s avonds binnen te rijden. In de meeste gebouwen branden nog alle lichten en dat is echt impressionant om te zien.


De volgende dag hadden we grote wandeling uitgestipeld, dus zijn we weer vroeg opgestaan.  Eerst zijn we naar St Lawrence Market gegaan, helemaal aan de andere kant van Toronto.  Onderweg zijn we langs de University of Toronto gepasseerd (gigantische campus) en aan het gebouw van de Provincial Legislature, prachtig gebouw, omringd door kleurrijke bomen.

Daarna dus verder gewandeld naar de St Lawrence Market, dat gebouwd werd in 1845 en waar je nu vooral voedsel kan kopen, maar ook juwelen uit Nieuw-Zeeland, sjaals uit Indië en vanalles uit China.

Vervolgens zijn we naar de waterkant gegaan en hebben we 15 minuten op een ferry gezeten, om op Toronto Island te geraken. Op dat eiland is in de zomer vanalles te doen, je kan er fietsen, er is een klein pretpark, er zijn restaurantjes, er is een kleine haven… Maar toen wij daar waren, was alles gesloten en was het niet echt de moeite. Maar! Het zicht vanaf het eiland op Toronto is fenomenaal. Alleen al daarvoor zou je de ferry nemen.



In de namiddag zijn we dan op zoek gegaan naar het oude en het nieuwe City Hall. Het oude City Hall-gebouw doet nu dienst als strafrechtbank en is een prachtig oud gebouw, waar we eventjes binnen hebben rondgelopen en een blik hebben kunnen werpen op de rechtszalen.

Aan de overkant van de straat staat het nieuwe stadhuis en dat is afschuwelijk. Daar hebben we ook eventjes in rondgelopen, maar dat was niet zo spectaculair. 

Onze volgende stop was Richmond 401, een pakhuis uit de beginjaren 1900 dat werd gerenoveerd in 1994 en dat nu dienst doet als goedkope plaats voor kunstenaars om hun werk tentoon te stellen en te maken. Er zijn ook boekenwinkels, marketingbureaus, filmfestival-organisatoren,… te vinden. Het is heerlijk om in rond te lopen, omdat de prachtige houten vloer kraakt onder je voeten, het zicht op het ‘atrium’ is magnifiek en er zijn op elk verdiep een heleboel planten te vinden.


Daarna zijn we eventjes gaan bekomen in een koffiehuis en ’s avonds hebben we onze grote wandeling verder gezet naar Little Italy. Zoals jullie nog wel weten, heb ik de beste pizza ooit gegeten in Little Italy in Montréal en we hoopten iets gelijkaardigs te vinden, maar tevergeefs! Little Italy in Toronto is eigenlijk niet zo indrukwekkend en zonder de kerstversiering zou je zelf amper beseffen dat je er bent.

Op onze laatste dag zijn we terug vroeg op pad gegaan om het meeste uit de dag en uit Toronto te halen. De belangrijkste attracties hadden we al gezien, dus vrijdag zijn we nog wat dingen gaan bezichtigen die werden aangeraden door onze toeristenboeken. Het Cloud Forest Conservatory wordt in mijn reisgids beschreven als een oase van rust en je hebt er het gevoel dat je in het regenwoud zit. Helemaal correct, maar het was wel iets kleiner dan verwacht. 


Dan naar de vroegere beurs van Toronto gewandeld, dat nu de Design Exchange is. Mooi gebouw vanbuiten en magnifieke inkom vanbinnen, maar niet gratis en zo hard zijn we nu ook weer niet in design geïnteresseerd, dus op naar de volgende bezienswaardigheid: de Toronto Dominion Gallery of Inuit Art, een gratis expositie over kunst gemaakt door de Inuit dus. Niet supergroot, maar wel mooi om te zien en leuke locatie voor een expositie.


Volgende stop was het gebouw van de CBC (Canadian Broadcasting Centre), hoofdkwartier van de Engelstalige TV en radio in Canada. Binnenin was een klein museum over radio van vroeger en nu.  Leuk om te zien, ook omdat ze verschillende old school manier toonden om geluidseffecten te maken (vb: cellofaanpapier om knisperend vuur na te bootsen).

De laatste plaats die we wilden zien was Kensington Market (een beetje een kleine versie van Camden Town in Londen), waar je vanalles kan kopen (gadgets, voedsel, kleren, cd’s…)  en eten (Japans, Mexicaans, Indisch, Jamaicaans… ). 


’s Avonds zijn we eens het nachtleven gaan verkennen in de studentenbuurt en zijn we naar een club geweest waar ze normaal indie, rock, electro en britpop draaien (my kind of music dus), maar het was jammergenoeg hiphop-avond. Maar we hebben ons toch goed geamuseerd!

Op onze wandeling zijn we trouwens 1 Belgisch café tegengekomen waar ze frietjes met stoverij verkochten (en Delirium Tremens!!) en 2 tea-rooms waar ze trots verkondigden Belgische wafels aan te bieden.  (foto)




 Het weer was ’s ochtends ook wat minder, waardoor veel van de hoge gebouwen gedeeltelijk in de wolken/mist stonden, cool om te zien.